-
1 (het is) honderd tegen één
-
2 honderd
♦voorbeelden:honderd gulden • cent florinseen dikke honderd • cent et quelqueser zijn er over de honderd • il y en a plus de centeen meisje uit honderd • une jeune fille comme il n'y en a pas beaucoup(het is) honderd tegen één • il y a cent contre un à parier (que)zij sneuvelden bij honderden • ils périrent par centaineszijn verlies loopt in de honderden • ses pertes vont chercher dans les centaines (de florins)honderden jaren • des centaines d'annéeshonderd uit vragen • poser mille questionsalles loopt in het honderd • plus rien ne vade boel in het honderd sturen • faire tout échouer -
3 een
een11 un, une♦voorbeelden:een zijn met • faire corps avec————————een21 un, une♦voorbeelden:je bent me er (ook) een! • tu es un drôle de numéro!als er een is, die het kan, dan is hij het • s'il y en a un qui en est capable, c'est bien lui————————een3I 〈hoofdtelwoord; met klemtoon〉1 un, une♦voorbeelden:dat is een! • et d'un(e)!elke stem is er een • chaque voix compteeen en dezelfde persoon • une seule et même personneniet één heeft er iets over gezegd • pas un(e) n'en a parléhet is bij enen • il est près d'une heureop één dag • le même jourtien tegen een dat • il y a gros à parier quehonderd tegen een! • je te le parie à cent contre un!een van tweeën • de deux choses l'uneeen van hen • l'un(e) d'entre eux (d'entre elles)een voor een • un(e) à un(e)de een nog mooier dan de ander • tous plus beaux les uns que les autres, toutes plus belles les unes que les autreseen een voor wiskunde • un un (sur dix) en mathsmen kan het ene doen en het andere niet laten • on peut faire les deuxde een of ander • quelqu'un(het) een en ander • des choses et d'autreswij hebben het een en ander besproken • nous avons abordé plusieurs sujetsniet om het een of ander • ce n'est pas pour direhet is het een of het ander • de deux choses l'une→ link=komen komenII 〈rangtelwoord; met klemtoon〉♦voorbeelden:bladzijde een • page unIII 〈lidwoord; zonder klemtoon〉1 [onbepaald]un, une2 [m.b.t. de hele soort]le, la3 [ongeveer] environ♦voorbeelden:1 een man, een vrouw, een kind • un homme, une femme, un(e) enfanteen meneer A. • un (certain) monsieur A.een uur of drie • environ trois heureseen duizend gulden • environ mille florins→ link=dag dag¶ het kost me een geld! • cela me coûte les yeux de la tête!een mensen dat er waren! • il y avait un monde fou!wat een mensen! • 〈 hoeveelheid〉 quelle foule!wat een geldverspilling! • quel gaspillage! -
4 kop
♦voorbeelden:kop of munt • pile ou facede kop van Overijssel • la partie Nord de l'Overijsselde kop van het peloton • la tête du pelotonde kop van een spijker • la tête d'un cloukop aan staart • tête-bêcheer zit kop noch staart aan • ça n'a ni queue ni têtemet een kwaaie kop weglopen • s'en aller en colèrede koppen tellen • faire le compte des personnes présentesveel aan zijn kop hebben • avoir une foule de choses à régleriemand aan zijn kop zeuren • casser les pieds à qn.〈 figuurlijk〉 met kop en schouders boven iemand uitsteken • dépasser qn. de cent coudéeskop dicht! • la ferme!hij heeft een dikke kop • il a une grosse cabochehij heeft een harde kop • il a la tête dureeen houten kop hebben • avoir la gueule de boiseen kale kop • une boule de billardzij is een kop kleiner dan hij • elle a une tête de moins que luieen knappe kop • une grosse têtemet rode koppen tegenover elkaar staan • s'affronter comme deux coqseen rooie kop krijgen • piquer un fardhou je kop! • la ferme!〈 figuurlijk〉 dat zal me de kop niet kosten • 〈 uitgave〉 ça ne va pas me coûter les yeux de la tête; 〈 risico〉 je n'y risque pas ma têteik wil er mijn kop onder verwedden • j'en donnerais ma tête à coupermijn kop eraf als • le diable m'emporte, sikop op! • allons, courage!je krijgt het niet al ga je op je kop staan • tu as beau faire, tu ne l'auras paszich voor de kop schieten • se faire sauter le caissoniemand voor de kop schieten • brûler la cervelle à qn.zij kreeg een kop als vuur • elle a piqué un soleiluit een kop drinken • boire dans une tasse¶ iets de kop indrukken • couper court à qc.op de kop af • tout justeiets op de kop tikken • dénicher qc.iemand op zijn kop zitten • enguirlander qn.een bemanning van honderd koppen • un équipage de cent hommes -
5 helpen
1 [algemeen] aider2 [verzorgen] soigner3 [bedienen] servir4 [castreren, steriliseren] couper♦voorbeelden:God zal me helpen! • que Dieu me vienne en aide!iemand iets helpen dragen • aider qn. à porter qc.ik help het je hopen • je le souhaite autant que toiik zal het u helpen onthouden • je vous y ferai penserzich weten, zien te helpen • savoir se débrouillerbroers moeten elkaar helpen • on doit s'aider entre frères et soeurswij zijn op de wereld om elkaar te helpen • on doit s'aider les uns les autreshet helpt niet, je moet mee • il n'y a rien à faire, tu viens aussiwat helpt het of je hem beklaagt? • à quoi bon le plaindre?zich(zelf) helpen • se tirer d'affaire (tout seul)ik zal hem er wel door helpen • je vais le tirer d'affaireiemand er weer bovenop helpen • remettre qn. sur piediemand ergens vanaf helpen • aider qn. à se défaire de qc.; 〈 ironisch〉 aider qn. à finir qc.wie helpt mij aan een tweedehands fiets? • qui m'aide à trouver un vélo d'occasion?kun je mij aan honderd gulden helpen? • tu peux me prêter cent florins?iemand aan iets helpen • procurer qc. à qn.iemand over de grens helpen • aider qn. à passer la frontièredat helpt tegen hoofdpijn • c'est bon contre le mal de têteiemand uit zijn jas helpen • débarrasser qn. de son manteauhelp! • au secours!welke specialist heeft u geholpen? • quel spécialiste vous a soigné?3 kan ik u helpen? • que désirez-vous?wordt u al geholpen? • on s'occupe de vous?ik kan het niet helpen • je n'y puis rieniets niet kunnen helpen • ne rien pouvoir à qc. -
6 keer
♦voorbeelden:dat komt een andere keer wel (weer) • ce n'est que partie remisetot de volgende keer • à la prochaine foisin één keer • en une seule foiskeer op keer • coup sur coup(op) een keer • une foisvoor een keertje mag dat wel • d'accord pour une foisdrie keer van de vier • les trois quarts du tempsdat is één keer en nooit meer • c'est bien la première et la dernière foisals die kwestie één keer is opgelost … • une fois ce problème résolu …wij gaan een enkele keer wel bij ze op bezoek • nous allons les voir de temps en tempstwee keer zoveel • deux fois plustwee keer negen is achttien • deux fois neuf font dix-huitdat zeg ik nu al voor de zoveelste keer; ik heb dat nu al honderd keer gezegd • je vous le répète pour la nième foiseen keer of tien • une dizaine de foiseen keer of vijf • environ cinq foishet geluk heeft een keer genomen • la chance a tournétegen de keer in zijn • être contrariant
См. также в других словарях:
Bertus Aafjes — Lambertus Jacobus Johannes Aafjes (May 12 1914 ndash; April 23 1993), known as Bertus Aafjes was a Dutch poet whose work is marked by his devout Catholicism. Aafjes was born in Amsterdam. He wrote poems on the resistance to the German occupation… … Wikipedia
Bertus Aafjes — (Lambertus Jacobus Johannes (Bertus) Aafjes pseudonyme Jan Oranje), né le 12 mai 1914 à Amsterdam, décédé le 22 avril 1993 à Swolgen est un écrivain et poète néerlandais. Sa célébrité est due en grande partie à ses poèmes inspirés par la… … Wikipédia en Français
Bertus Aafjes — Lambertus Jacobus Johannes Aafjes (12 de mayo de 1914 en Ámsterdam † 23 de abril de 1993 en Venlo) fue un escritor holandés. Sus obras abarcan tanto poesía como narrativa y dentro de su estilo clásico y tradicional destacan Un viaje a pie a Roma… … Wikipedia Español
Abe Lenstra — (1955) Abe Lenstra ([ ɑ:bə lɛnstɾa], * 27. November 1920 in Heerenveen; † 2. September 1985 ebenda) war ein niederländischer Fußballspieler. Er spielte seit de … Deutsch Wikipedia
Max Blokzijl — in jungen Jahren (1907) Marius Hugh Louis Wilhelm (Max) Blokzijl (* 20. Dezember 1884 in Leeuwarden; † 16. März 1946 in Den Haag) war ein niederländischer Journalist und Autor. Blokzijl wurde zunächst durch seine Report … Deutsch Wikipedia
Kuh — 1. A Kü moalkat trog a Hols. (Nordfries.) – Johansen, 72. Die Kuh milcht durch den Hals. 2. A Kuh söüft â méa, ässe vertroa kô. (Henneberg.) Auch eine Kuh säuft wol mehr als sie vertragen kann. Mit Anwendung auf Säufer. 3. A Küh wal t egh wed,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Feind — 1. Als Feind kann ich viel schaden und als Freund viel nützen. – Eiselein, 165. 2. Arme Feind, arme Herren vnd Schmachwort verachtet kein weiser Mann. – Henisch, 1052. 3. Auch den kleinen Feind muss man nicht verachten. 4. Auch vom Feinde kann… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon